Interview

Sportpsychologie is duidelijk in opkomst

Talent is niet genoeg om de top te bereiken

In de internationale (top)sport wordt steeds meer gebruik-gemaakt van de kennis en expertise op het gebied van sport-psychologie. Sporters worden vanaf jongere leeftijd begeleid om, naast de fysieke talentontwikkeling, ook aandacht te besteden aan het mentale aspect. Thijs Rentier heeft zijn gedrevenheid en ambitie omgezet in het zelfstandig beroep van sport- en prestatiepsycholoog. Met aandacht voor de mens achter de sporter en het omgaan met (mentale) factoren die prestaties kunnen beïnvloeden. 

TEKST JOOP VAN DER LAAN • BEELD SANDRA SCHIMMELPENNINK

GEZIN

Thijs is opgegroeid in Nieuwerkerk en woont nu een klein jaar in Zierikzee. Voor hem en zijn vriendin Florine is Zeeland hun geliefde stek. En Zierikzee een ideale uitvalsbasis voor hun werkzaamheden. Thijs heeft zijn grenzen voor zijn werk wel verlegd tot buiten de provincie.

Sport is voor Thijs altijd een trigger geweest in het zoeken naar het antwoord op de vraag hoe hij zijn droom kan waarmaken. “Ik had al vroeg interesse in het gedrag van mensen en de manier waarop dit beïnvloed kan worden.” 

Zijn vwo-opleiding op het Scheldemond College combineerde Thijs met voetbal bij de Jeugd Voetbalopleiding Zeeland (JVOZ). “Dat betekende veel reizen vanuit Nieuwerkerk naar Vlissingen, plannen en de tijd efficiënt gebruiken voor de combinatie voetbal en studie. Daar heb ik een goede basis kunnen leggen voor later en heb ik leren omgaan met onvoorziene omstandigheden.” 

Thijs wist wat hij wilde bereiken en heeft altijd gekeken wat hij uit zijn opleiding kon halen om een maatschappelijke carrière op poten te zetten. Hij wilde zich onderscheiden en topsport trok zijn bijzondere aandacht. 

Zijn bachelor Psychologie behaalde Thijs in Rotterdam waarna hij zich specialiseerde in arbeids- en organisatiepsychologie. Deze studie sloot hij succesvol af met het behalen van zijn Master in Amsterdam. “De studie was niet alleen gericht op sport maar ook op prestaties in het bedrijfsleven en onderwijs. Kennis en inzicht van sport kan een-op-een gebruikt worden in het bedrijfsleven.”

Verdieping in de materie leert dat het zowel bij sport-als prestatiepsychologie steeds gaat om twee deelvragen: hoe zorg je ervoor dat mensen op hun best presteren op de momenten dat het er echt om gaat? En hoe help je mensen hun ambities waar te maken?

WERK

‘Daar zit een goede kop op’ is een voorbeeld van een uitspraak die gebruikt wordt als iemand niet snel in de war raakt. Thijs wijst met een glimlach naar de conservatieve voetbalwereld die de mental coach nog niet helemaal in de armen heeft gesloten. “Maar een goede kop moet wel getraind worden en is niet een vaststaande eigenschap, omdat sport en presteren niet alleen een fysieke maar vooral een mentale kwestie is. ‘De knop omzetten’ is ook zo’n loze en vaak gebruikte term. De kracht van sportpsychologie is om die termen concreet en uitvoerbaar te maken voor de sporter.”


Er is dus werk genoeg aan de winkel voor Thijs met zijn inspirerende werkwijze, waarvoor in Zeeland 

nog terrein te winnen is. De mental coach wordt vaak ingeschakeld op het moment dat er problemen zijn. “Maar het is geen quick fix. Conditie en techniek bouw je ook niet op in één training”, benadrukt Thijs. 

De missing-link in de begeleiding rondom topsport is de mental coach, terwijl die toch het scala aan specialisten (in het voetbal met techniek-, conditie-, keeperstrainer enzovoort) compleet maakt voor het leveren van prestaties. “Het is goed te constateren dat steeds meer clubs het belang inzien. Bij ADO Den Haag, waar ik in de jeugdopleiding werk, neemt de vraag naar mentale begeleiding toe”, zegt Thijs.


“Talent is niet genoeg om de top te bereiken. Daarvan zien we steeds voorbeelden, sporters die het niet hebben gehaald, terwijl ze wel de kwaliteiten hebben. Als je geen aandacht besteedt aan het totaalpakket van persoonlijke ontwikkeling loopt het fout.”

Thijs herinnert de uitspraken van oud-voetballer en topschutter Ruud van Nistelrooij, die zegt dat je niet per se op je achttiende jaar hoeft te debuteren in een eerste team en dat aanleg geen garantie is voor een profcarrière. Van Nistelrooij was bij uitstek iemand die met de juiste mindset in het veld stond en daarbuiten. Hij volgde een andere weg, investeerde in zijn voorbereiding en zorgde dat hij in alle opzichten klaar was om te presteren.


Na zijn studie is Thijs Rentier als zelfstandig sport- en prestatiepsycholoog aan de slag gegaan. Zijn studiestage bij de betaald voetbalorganisatie ADO Den Haag voor een aantal uren in de week is omgezet naar een vast dienstverband. “In Den Haag richt ik mij in de jeugdopleiding op een groep talenten, de high-potentials. Het gaat om individuele topsportbegeleiding, vertaald naar leefstijl: zoals de combinatie sport en school, voeding en vooral gedrag. Wat laat iemand zien, zodat hij zo goed mogelijk werkt om zijn top te bereiken?” 


Verder werkt hij aan een project voor SportZeeland, heeft een bijdrage in ‘Train de trainer’ van Voetbalschool Skills & Control, werkt voor opdrachtgevers, begeleid individuele sporters, verzorgt workshops/lezingen, doet een pilot bij JVOZ voor O13-1 en doceert bij de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond het mentale aspect van incidentbestrijding (optimaal presteren in bijzondere omstandigheden).


Thijs is partner van NLsportpsycholoog, een landelijk collectief van samenwerkende sport- en prestatiepsychologen. Zij delen kennis en ervaring. Alleen partners met de juiste opleiding en ruime ervaring mogen de titel gebruiken, zo ook Thijs.


Thijs schreef met vakcollega’s het boek Hoe je profvoetballer wordt? Waarin de belangrijkste aspecten op een rijtje worden gezet na gesprekken met topvoetballers: talent, techniek, fitheid, mentaliteit en voorbereiding. Belangrijkste conclusie: je kan voetbalkwaliteiten ontwikkelen, maar uit het boek blijkt dat de mentaliteit uiteindelijk doorslaggevend is. Het mentale deel is absoluut niet zweverig maar een sterke pijler om te presteren. 

“De mental coach wordt vaak ingeschakeld op het moment dat er problemen zijn”

SPORT

Als voetballer is Thijs van huis uit begonnen bij SKNWK. Hij maakte na JVOZ de overstap naar Duiveland op het niveau van de 2e klasse zaterdagvoetbal. De verdediger koos later voor een overgang naar v.v. Goes om zich persoonlijk verder te ontwikkelen op een hoger niveau en zich te meten met kwalitatief betere spelers. Nog voor de start van de competitie sloeg het noodlot echter toe, Thijs brak tijdens een training zijn kuitbeen. Na een revalidatie van meer dan een half jaar maakte hij zijn officiële debuut voor Goes 1 met een invalbeurt in De Vliert tegen Jong FC Den Bosch en vierde de promotie mee naar de 3e divisie. Door de opstart van zijn eigen bedrijf kon hij niet meer voldoen aan de gewenste trainingsintensiviteit. Hij besloot terug te keren bij Duiveland waar hij nu in de 3e klasse speelt.

Thijs: “Ik wilde kijken waar mijn top lag. Zo kon ik  ervaren hoe het is om in mijn sport de uitdaging aan te gaan om te kijken of ik kon aanhaken bij het niveau. Het aangaan van zulke uitdagingen is belangrijk, omdat ik dat ook meegeef aan mijn sporters. Practise what you preach”.

PSYCHOLOGIE

Waar de ene journalist zijn stoffig imago in stand houdt met uitspraken dat voetbal niets heeft aan een mental coach, schreef Sjoerd Mossou van het AD recent in een column dat een voetballer ook een mens is. Eén die nooit mag twijfelen, nooit falen en acteert in een afrekencultuur. 


“De grootte van de sporter wordt afgemeten aan zijn prestaties, maar er zit wel een mens achter met zijn mentale gesteldheid. Bekende voorbeelden die gebruikmaken van mentale begeleiding in Nederland zijn schaatsers zoals Kjeld Nuis en Ireen Wüst, maar ook voetballers als Willem Jansen van FC Utrecht en voormalig speler van Manchester United, Wayne Rooney. Nuis geeft toe dat hij stikt van de zenuwen voor een race en Robin van Persie had zware benen in de warming-up van de bekerfinale tegen AZ. Maar zij hebben geleerd dit te accepteren zodat het hun prestaties niet in de weg staat. Daar gaat een proces aan vooraf, durven investeren in je persoonlijke ontwikkeling en jezelf een spiegel durven voorhouden.” 

Thijs gaat in zijn sportpsychologie voor preventie, focus op het gedeelte waar je invloed op kunt uitoefenen. “Slecht eten bijvoorbeeld kan leiden tot falen van hart en vaten. Dan gaan pas mensen hun gedrag veranderen.”


In de praktijk van Thijs ligt de actie vooraf. Het doel van de sporter moet duidelijk zijn. Wie ben ik, waar sta ik, wat wil ik bereiken en wat heb ik daarvoor nodig? Op basis van het gedrag dat de sporter daarop baseert, is het aan de mental coach om mentale vaardigheden aan te leren. Deze aanpak kan ook voor het bedrijfsleven toegepast worden. Kijken naar de persoon en wat je eruit kan halen. 


Er is soms nog terughoudendheid over mentale begeleiding, de sporter zelf vertelt er af en toe wat over en de psycholoog wil er niet mee te koop lopen. De feedback van een sporter maakt Thijs wel trots als hij zonder naamsvermelding laat lezen: Zonder jou had ik nooit deze prestatie kunnen leveren. 

“Van nature komen mensen pas in beweging 

als er iets misgaat”

AMBITIE

“Ik wil een bijdrage leveren aan het realiseren van een vaste plek voor de psychologie in de sport. Zodat de sporter met recht kan zeggen: ik werk met een sportpsycholoog omdat ik er beter van wil worden.”

Thijs heeft zijn eigen visie op zijn werk. Door zijn nog relatief jonge leeftijd weet hij als geen ander dat hij daarin zelf zijn talent ook nog verder gaat ontwikkelen. Hij maakt stappen om mentale begeleiding als vanzelfsprekend in de sporttas te krijgen. 

Aan het slot van het interview geeft hij zijn visitekaartje, met het logo van een sportbrein! Was getekend: Thijs Rentier, sportpsychologie en coaching.

Deel dit artikel: